We weten allemaal wat T1D kan doen: onze zenuwen, ogen, hart, bloedvaten en nieren vernielen. En we weten allemaal wat we moeten doen: onze cijfers kennen en ze in een veilig bereik houden. Om dit te bereiken zijn we afhankelijk van de bloedglucosemeter, die de hoeveelheid suiker (glucose) in je bloed meet en weergeeft.

Bij de meeste modellen steek je een teststrip in de meter. Dan prik je een vingertop met een speciale naald, een lancet genaamd. Zodra een druppel bloed op de teststrip komt, begint de meter je resultaten te verwerken. Over het algemeen weet je binnen vijf seconden je bloedglucosegehalte, en de nationale vereisten zorgen voor een zekere mate van nauwkeurigheid in die cijfers. De huidige Food and Drug Administration-normen, bijvoorbeeld, vereisen dat de resultaten van de meter binnen 15 procent van de werkelijke bloedglucosespiegels liggen, zoals die in een laboratorium zouden worden afgelezen.

Maar het landschap van bloedglucosemeteropties alleen al kan overweldigend zijn – in 2016 waren er al 94 verschillende modellen, en de markt groeit.

Nu we een beetje weten wat meters doen en hoe ze werken, gaan we eens verkennen welke meters beschikbaar zijn en bij welke routines ze passen. Dit laatste is bijzonder belangrijk. Net als elke andere uitbreiding van je levensstijl – een auto, een sportschool, een buurt – moet je meter bij je passen. Zo kunnen sommige meters draadloos gegevens naar andere apparaten sturen. Andere meters maken gebruik van een mobiel netwerk om data in de cloud te plaatsen. Andere meters kunnen met je insulinepomp communiceren en ook ketonen in het bloed meten.

Kosten

In plaats van je te richten op de prijs van het apparaat zelf (de meeste meters variëren van €10 tot €75), moet je de jaarlijkse kosten van teststrips voor een apparaat in overweging nemen. Een partij van 100 teststrips loopt uiteen van €30 tot €170, afhankelijk van het merk. Als je jezelf vier keer per dag test, kunnen de teststrips oplopen tot €2410 per jaar, volgens het tijdschrift Consumer Reports.

Begin met het raadplegen van je verzekeraar. Gezondheidszorg omvat bepaalde leveringen in verband met diabetes. Particuliere verzekeringen compenseren vaak de kosten. Voor een T1D-patiënt kan een gezondheidsplan heel goed een deel van de meterprijs en een groot deel van de kosten van de teststrips dekken.

Metergrootte

De meters zijn er in verschillende maten en vormen. Als je van plan bent om meerdere keren per dag te testen en vaak onderweg bent, wil je misschien een kleiner model dat je in een tas of handschoenkastje kunt stoppen. Oudere gebruikers, of gebruikers met een visuele beperking, willen misschien investeren in een grotere meter met grotere knoppen en een beter leesbaar scherm of een verlicht scherm. Als je alleen thuis wilt testen, kun je overwegen om een monitor te gebruiken die meerdere strips opslaat. Hiermee hoef je niet elke keer een nieuwe strip te laden als je gaat testen, maar de modellen kunnen wel omvangrijk en duur te zijn.

Codering

De meters moeten worden gekalibreerd op elke partij teststrips die je koopt. Bij sommige apparaten moet je een code invoeren of deze scannen met een smartphone. Onjuiste invoer kan leiden tot onnauwkeurige resultaten. Andere apparaten gebruiken een verwijderbare chip die je in de teststripsleuf steekt om te kalibreren. Automatische kalibratie maakt het een beetje makkelijker, dus hou die functie in de gaten bij het selecteren van een apparaat.

Gegevensopslag

Een ander voordeel van een meter is dat je je resultaten in de loop van de tijd kunt volgen en je diabetesbehandeling dienovereenkomstig kunt aanpassen. De hoeveelheid opslag die je in een eenheid wilt hebben, hangt af van hoe vaak je meet en hoe vaak jij of je zorgverleners van plan zijn om gegevens te controleren. Als je vier keer per dag meet, en je zorgverlener wil een hele maand aan resultaten zien, dan heb je een meter nodig die gegevens van ten minste 120 tests kan bewaren. De meeste topmodellen hebben een minimum van 360 metingen, en veel modellen hebben een maaltijdmarkeringsfunctie waarmee je aantekeningen kunt toevoegen over wanneer je hebt getest met betrekking tot voedselconsumptie of lichaamsbeweging. De gegevens kunnen worden gedownload via een USB-verbinding of draadloos via Bluetooth-technologie. Sommige meters zijn compatibel met mobiele apps, zodat je de gegevens op je smartphone kunt volgen.

Gebruikstips

Een goed gebruik is net zo belangrijk als het uitzoeken van de juiste meter.

Het is belangrijk om de juiste teststrips voor je model te gebruiken. Het gebruik van verschillende strips, ook al passen ze misschien wel bij elkaar, kan foutieve resultaten opleveren.

Test van je vingertoppen. Bij sommige modellen kun je testen vanuit verschillende gebieden, zoals de onderarm, maar die resultaten zijn over het algemeen niet zo nauwkeurig.

Zorg ervoor dat je je handen wast voordat je gaat testen. Zelfs een beetje suiker, vuil, of voedsel op je vinger kan het resultaat verstoren. Wassen met warm water en daarna drogen heeft als bijkomend voordeel dat er bloed in de vingertoppen wordt getrokken, waardoor het produceren van een druppel bloed na het prikken van de vinger nog gemakkelijker wordt.

Hoewel iedereen met diabetes baat heeft bij testen, is glucosebewaking vooral belangrijk voor mensen met T1D die regelmatig insuline nodig hebben. Beweging, stress, medicatie en dieet hebben allemaal invloed op je glucosespiegels en een bloedglucosemeter kan een belangrijk hulpmiddel zijn bij het beheren van je zorg en het voorkomen van complicaties.